Zo schoon is niet goed voor het nageslacht
In de moderne maatschappij streven we vaak naar een brandschoon en hygiënisch huis. We poetsen en schrobben tot alles glanst en er geen vuiltje meer te bekennen is. Maar is al dat schoonmaken wel zo goed voor het nageslacht?
Recent onderzoek heeft aangetoond dat een te schone omgeving ervoor kan zorgen dat kinderen een verhoogd risico lopen op allergieën en astma. Dit fenomeen wordt ook wel de ‘hygiënehypothese’ genoemd. Volgens deze theorie hebben kinderen een zekere mate van blootstelling aan bacteriën en andere micro-organismen nodig om hun immuunsysteem goed te ontwikkelen. Als kinderen niet genoeg worden blootgesteld aan deze microben, kan hun immuunsysteem overreageren op onschuldige stoffen en zo allergische reacties veroorzaken.
Dit betekent niet dat we onze huizen moeten laten verloederen en het vuil laten ophopen. Een zekere mate van hygiëne is natuurlijk belangrijk om ziektes te voorkomen. Maar het is wel goed om te realiseren dat een té schone omgeving ook nadelen met zich mee kan brengen.
Dus misschien is het tijd om wat minder rigoureus te zijn in ons schoonmaakgedrag en wat meer ruimte te laten voor bacteriën en andere micro-organismen. Een beetje vuil is zo slecht nog niet voor het nageslacht.