Een rij steken in een breiwerk wordt ook wel een “toer” genoemd. Deze term wordt vaak gebruikt in breipatronen en verwijst naar het aantal steken dat gebreid moet worden voordat je aan de volgende rij begint. Een toer kan bestaan uit verschillende breisteken, zoals recht, averecht, kabels of minderingen.
Het tellen van toeren is essentieel bij het breien, omdat het de structuur en vorm van het breiwerk bepaalt. Door nauwkeurig bij te houden hoeveel toeren je hebt gebreid, kun je ervoor zorgen dat alle delen van je breiwerk gelijkmatig zijn en dat het eindresultaat er netjes uitziet.
Sommige breipatronen geven specifieke instructies voor het aantal toeren dat gebreid moet worden voor een bepaald effect, zoals de lengte van een mouw, de hoogte van een halslijn of de grootte van een patroon. Het is daarom belangrijk om goed op te letten en de toeren zorgvuldig te tellen om ervoor te zorgen dat je breiwerk eruit komt te zien zoals het hoort.
Dus de volgende keer dat je aan het breien bent en je hoort iemand praten over het aantal toeren, weet je dat ze het hebben over de rijen steken die nodig zijn om een bepaald deel van het breiwerk te voltooien. Het tellen van toeren kan soms een uitdaging zijn, maar met wat oefening en geduld kun je ervoor zorgen dat je breiwerk er prachtig uitziet!