Tot 2002 was de munteenheid van Spanje de peseta. De peseta was de officiële valuta van Spanje sinds de 19e eeuw en werd gebruikt voor dagelijkse transacties en als eenheid van rekeneenheid.
De peseta werd ingevoerd in 1869 en was verdeeld in 100 centimos. De munt werd uitgegeven in verschillende denominaties, waaronder munten van 1, 5, 10, 25, 50, 100, 200 en 500 peseta’s, en bankbiljetten van 1000, 2000, 5000 en 10.000 peseta’s.
Gedurende de jaren was de peseta onderhevig aan inflatie en de waarde van de munt fluctueerde sterk. In 1999 trad Spanje toe tot de Economische en Monetaire Unie van de Europese Unie en werd de peseta gekoppeld aan de euro. Op 1 januari 2002 werd de euro officieel ingevoerd als de nieuwe munteenheid van Spanje en verving de peseta.
Het afscheid van de peseta was een historisch moment voor Spanje, aangezien de munt een belangrijk onderdeel was van de nationale identiteit. Ondanks de invoering van de euro, zijn er nog steeds mensen die nostalgisch zijn naar de peseta en de tijd dat Spanje zijn eigen valuta had.
Hoewel de peseta niet langer in omloop is, blijft de munt een belangrijk onderdeel van de geschiedenis van Spanje en wordt deze nog steeds verzameld door numismaten over de hele wereld. De peseta mag dan wel verdwenen zijn, maar de herinneringen aan deze iconische munteenheid zullen altijd blijven bestaan.