In de geneeskunde verwijst het tegenovergestelde van acuut naar een langzamere en geleidelijk ontwikkelende aandoening of symptoom. Dit staat bekend als chronisch.
Acuut verwijst naar iets dat plotseling optreedt en snel verergert, terwijl chronisch verwijst naar iets dat langdurig aanhoudt en vaak langzaam verergert.
Chronische aandoeningen kunnen vele vormen aannemen, zoals diabetes, artritis, hypertensie en astma. Deze aandoeningen vereisen vaak langdurige behandeling en zorg.
Het is belangrijk om het onderscheid te maken tussen acute en chronische aandoeningen, omdat de benadering van de behandeling en zorg voor elk type aandoening anders kan zijn. Bij acute aandoeningen is snelle medische interventie vaak noodzakelijk om verdere complicaties te voorkomen, terwijl bij chronische aandoeningen een langetermijnplan nodig is om de symptomen onder controle te houden en de kwaliteit van leven van de patiënt te verbeteren.
Het begrijpen van het verschil tussen acuut en chronisch is essentieel voor medische professionals om de juiste diagnose en behandeling voor patiënten te kunnen bepalen.