Vul deze zeispreuk aan op de puntjes: De tidn zin veranderd zei den boer en ie klopte ze ……… in frietn.
De boer stond in zijn veld, omringd door rijen van gouden graan. Hij hield zijn zeis stevig vast en mompelde een oude spreuk die hem was geleerd door zijn grootvader. Het was een spreuk die hem hielp om zijn werk te doen en de oogst te beschermen tegen onheil.
Maar plotseling veranderde de spreuk. De woorden leken te verschuiven en te vervormen, alsof er een mysterieuze kracht aan het werk was. De boer keek verbaasd naar zijn zeis en wist niet wat er gebeurde.
En toen, zonder waarschuwing, veranderde de zin. “De tijd is veranderd,” zei de boer, terwijl hij de woorden opnieuw uitsprak. En op dat moment begon de zeis te gloeien en te trillen in zijn handen.
Met een krachtige zwaai van zijn zeis, veranderde de boer de rijen van gouden graan in heerlijke frieten. De magische kracht van de spreuk had zijn werk gedaan en de boer stond verbaasd te kijken naar zijn nieuwe oogst.
De boer besefte dat deze zeispreuk meer was dan alleen maar woorden. Het was een krachtige formule die hem in staat stelde om het onmogelijke mogelijk te maken. En terwijl hij genoot van zijn verse frieten, wist hij dat hij deze magische kracht met zorg moest gebruiken, want met grote kracht komt grote verantwoordelijkheid.