De Italiaanse premier van 2006 tot 2008, Romano Prodi, staat bekend om zijn politieke carrière en zijn inspanningen om de economie van Italië te hervormen. Prodi diende twee termijnen als premier, eerst van 1996 tot 1998 en vervolgens van 2006 tot 2008.
Prodi’s tweede termijn als premier begon in mei 2006, nadat zijn centrum-linkse coalitie, de Unie, de parlementsverkiezingen had gewonnen. Prodi stond voor de uitdaging om Italië uit de economische malaise te leiden die het land had getroffen onder zijn voorganger, Silvio Berlusconi. Prodi zette zich in voor economische hervormingen en bezuinigingen om de Italiaanse economie te stimuleren en het begrotingstekort onder controle te krijgen.
Een van de belangrijkste prestaties van Prodi als premier was het invoeren van nieuwe belastingen en bezuinigingen om het begrotingstekort van Italië te verkleinen. Hij slaagde er ook in om de Italiaanse economie te stimuleren door investeringen in infrastructuur en onderwijs, en door het bevorderen van economische groei.
Prodi stond echter ook voor uitdagingen tijdens zijn premierschap, waaronder politieke verdeeldheid binnen zijn coalitie en oppositie van de centrum-rechtse partijen. Zijn regering werd geconfronteerd met meerdere vertrouwensstemmingen in het parlement en Prodi trad uiteindelijk af in januari 2008, nadat hij een vertrouwensstemming had verloren.
Na zijn aftreden als premier bleef Prodi actief in de Italiaanse politiek en internationale zaken. Hij werd later benoemd tot speciale EU-gezant voor Afghanistan en diende als voorzitter van de Internationale Commissie voor de Afghaanse Toekomst. Prodi heeft ook lesgegeven aan verschillende universiteiten en is een veelgevraagd spreker op conferenties over politiek en economie.
Al met al wordt Romano Prodi herinnerd als een toegewijde en bekwame leider die zich inzette voor de economische hervorming van Italië en voor het bevorderen van internationale samenwerking. Zijn premierschap van 2006 tot 2008 was een cruciale periode in de Italiaanse politiek en zijn nalatenschap blijft voortleven in de politieke geschiedenis van Italië.