Dit ouderwetse bureau lijkt de adjudant niets
Het lijkt erop dat de adjudant niet erg onder de indruk is van het ouderwetse bureau dat hem is toegewezen. Met slechts vijf letters om mee te werken, lijkt het erop dat de adjudant het moeilijk vindt om zijn werk goed te doen.
Het bureau is oud en versleten, met krassen en deuken over het hele oppervlak. De lades zijn moeilijk te openen en sluiten niet goed, waardoor het lastig is om snel bij belangrijke documenten te komen. De stoel die bij het bureau hoort is doorgezakt en kraakt bij elke beweging.
De adjudant kijkt bedenkelijk naar het bureau en zucht diep. Hij weet dat hij zijn werk goed moet doen, maar met deze beperkte middelen lijkt het een bijna onmogelijke taak. Hij vraagt zich af waarom hij niet een moderner bureau met betere faciliteiten heeft gekregen.
Maar de adjudant weet dat hij geen keus heeft. Hij zal moeten werken met wat hij heeft en proberen het beste ervan te maken. Misschien kan hij het bureau wat opknappen en de lades smeren, zodat ze beter openen en sluiten. En misschien kan hij een kussen op de stoel leggen om het comfortabeler te maken.
Met een vastberaden blik begint de adjudant aan zijn werk, vastbesloten om ondanks de beperkingen van zijn bureau zijn taken zo goed mogelijk uit te voeren. Wie weet, misschien kan hij het ouderwetse bureau toch nog laten schitteren.