Die lag vroeger bij de kraamvrouw op de vloer
In vroegere tijden was het gebruikelijk dat een kraamvrouw na de bevalling enkele dagen op de grond lag, in plaats van in een comfortabel bed. Deze praktijk, die bekend staat als “kramen”, was bedoeld om de moeder te helpen herstellen van de bevalling en haar krachten weer op te bouwen.
De kraamvrouw lag op een matras op de vloer, omringd door kussens en dekens om haar warm te houden. Er werd veel aandacht besteed aan haar voeding en verzorging, met speciale aandacht voor het herstellen van haar energie en gezondheid.
Deze traditie van het kramen was gebruikelijk in veel culturen over de hele wereld en werd gezien als een essentieel onderdeel van het genezingsproces na de bevalling. Het geloof was dat door de kraamvrouw op de grond te laten liggen, haar lichaam sneller zou herstellen en ze beter in staat zou zijn om voor haar pasgeboren baby te zorgen.
Hoewel deze praktijk in de loop der jaren is afgenomen en de meeste vrouwen nu de voorkeur geven aan een comfortabel bed na de bevalling, zijn er nog steeds enkele culturen waar het kramen een belangrijk onderdeel is van de postnatale zorg. Het is een interessant stukje geschiedenis dat laat zien hoe verschillend de tradities en gewoonten rondom de bevalling kunnen zijn, afhankelijk van de tijd en plaats.