Paul Auster, die op 30 april is overleden, staat bekend om zijn postmoderne en experimentele schrijfstijl. Zijn werk, waaronder het boek “Dat”, is een perfect voorbeeld van deze kenmerken.
In “Dat” gebruikt Auster verschillende narratieve technieken en speelt hij met de traditionele vormen van literatuur. Het verhaal volgt een personage genaamd Peter Aaron, die een manuscript ontvangt van een vriend genaamd Benjamin Sachs, die later zelfmoord pleegt. Het manuscript bevat het verhaal van Sachs’ leven en zijn motieven voor zijn daad.
Auster speelt met de grenzen van fictie en werkelijkheid in “Dat”, waardoor de lezer voortdurend wordt uitgedaagd om de waarheid te onderscheiden van de verbeelding. Door het gebruik van verschillende vertelperspectieven en metafictie creëert Auster een gelaagd en complex verhaal dat de lezer aan het denken zet.
De postmoderne en experimentele benadering van Auster in “Dat” weerspiegelt zijn eigen kritiek op de conventionele literatuur en zijn streven naar vernieuwing en verandering. Zijn dood mag dan een verlies zijn voor de literaire wereld, zijn invloed zal nog lang voortleven door zijn baanbrekende werk.
Met “Dat” heeft Paul Auster een blijvende indruk achtergelaten op de wereld van de literatuur en zijn postmoderne en experimentele benadering zal nog vele generaties inspireren en uitdagen.