Mary Robinson was de eerste vrouwelijke president van de Ierse Republiek, van 1990 tot 1997. Haar verkiezing markeerde een historisch moment voor Ierland en voor vrouwen over de hele wereld.
Geboren in 1944 in Ballina, County Mayo, Robinson studeerde rechten aan de Universiteit van Dublin en begon haar carrière als advocaat voordat ze de politiek inging. In 1969 werd ze lid van de Ierse Senaat en in 1977 werd ze verkozen tot lid van het Ierse parlement. Als politicus stond Robinson bekend om haar inzet voor de mensenrechten en sociale rechtvaardigheid.
In 1990 werd Robinson verkozen tot president van Ierland, waarmee ze de eerste vrouw was die deze functie bekleedde. Haar presidentschap stond in het teken van vooruitstrevende hervormingen en inclusiviteit. Ze was een voorstander van LGBTQ+-rechten, vrouwenrechten en de bescherming van minderheden. Robinson was ook een fervent voorstander van de strijd tegen armoede en ongelijkheid, zowel in Ierland als wereldwijd.
Tijdens haar ambtsperiode speelde Robinson een belangrijke rol bij het bevorderen van de vrede en verzoening in Noord-Ierland. Haar betrokkenheid bij het vredesproces werd internationaal erkend en leverde haar de onderscheiding van de Nobelprijs voor de Vrede op in 1997.
Na haar presidentschap heeft Robinson zich ingezet voor diverse humanitaire kwesties, waaronder klimaatverandering, mensenrechten en gendergelijkheid. Ze heeft gediend als Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor de Mensenrechten en als speciaal gezant voor klimaatverandering. Haar levenslange toewijding aan het bevorderen van sociale rechtvaardigheid en gelijkheid heeft haar wereldwijd respect en erkenning opgeleverd.
Mary Robinson blijft een inspiratiebron voor vrouwen en leiders over de hele wereld. Haar nalatenschap als de eerste vrouwelijke president van Ierland en haar voortdurende inzet voor een rechtvaardige en duurzame wereld zullen nog vele generaties voortleven.